Venezuela

Venezuela is het land dat door alle backpackers die ik sprak werd geassocieerd met gevaar. Het is geen oorlogsgebied, dus wilde ik een zien of dit terecht was. Oké, ik heb Caracas voor nu even overgeslagen, maar na het bezoeken van verschillende grotere steden kan ik zeggen dat ik dit totaal anders heb ervaren. Wel is het duidelijk dat het land kampt met enorme problemen. Overal is corruptie, mensen zijn bang voor het leger, een bizarre inflatie en daardoor willen mensen af van hun instabiele Bolivar, er staan gigantische rijen voor de supermarkt om dat laatste rolletje wc-papier te scoren en er is veel te zeggen over de politiek. Dit is in combinatie met de geweldige natuur en supervriendelijke mensen een unieke ervaring.

***

Het is 31 januari 2015. De dag dat ik door de beruchte grensovergang tussen Colombia en Venezuela, Cucutá, moet lopen. Berucht om zijn criminaliteit, hitte en chaos. De laatste weken werd ik een beetje bang gemaakt door anderen die zich afvroegen of ik wel écht naar dit ‘gevaarlijke’ land wilde gaan en door zoektochten op Google werd deze twijfel verre van weggehaald. De dag hiervoor was ik al aangekomen midden in de nacht, na een flinke busvertraging, op de terminal en heb ik zo snel als ik kon een fatsoenlijk uitziend hotel opgezocht. Bij de receptie werd een vrouw aangeboden en in de badkamer vond ik direct al een kakkerlak. Niet de beste keuze gemaakt dus. Voordat ik de bus naar de grens pakte, wisselde ik Pesos in voor Venezolaanse Bolivar. Na een globale berekening kom ik erachter dat 140 Bsf ongeveer gelijk staat aan een euro. In de Lonely Planet van augustus 2013 wordt een conversie van 7,80 op 1 euro gegeven (en de officiële koers is dit nog steeds). Dit laat al zien wat een enorme waardedaling heeft plaatsgevonden. Aangekomen bij de grens is de douane snel en geen gezeur, net zoals bij de entree van Colombia. Vervolgens kwam ik na wat vragen erachter dat ik voor de douane van Venezuela ergens in het centrum van het stadje San Antonio moest zijn en daar zo’n entreepapiertje moest laten afdrukken bij een copy shop. Zoiets had ik nooit eerder meegemaakt, maar na ongeveer 20 minuten lopen vond ik zowel de douane als de copy shop. Beide niet zo snel, beide met iets meer gezeur. Voor 50 Bolivar nam ik de bus naar San Cristobal, zodat ik de bus kon pakken naar Maracaibo, de tweede grootste stad van Venezuela.

In San Cristobal werd mij verteld dat de bussen alleen in de avond rijden. Dus sprak ik een collectivo-chauffeur aan om voor slechts 6 euro zeven uur in een enorme donkerblauwe Chrevrolet te zitten met van die grote leren banken, zoals ik alleen heb ervaren in Cuba. De medepassagiers zeggen niet zoveel, maar delen met de hele auto hun snoepjes en kauwgom en laten plastic bekertjes met water rondgaan. De rit kenmerkt zich met posters van een lachende Hugo Chavez met dolblije kindertjes, van militairen met teksten als ‘solidariteit en discipline’ en nog meer posters van onafhankelijkheidsheld Simon Bolivar. Niet onbelangrijk zijn de vele militaire checkpoints waar aandachtig naar binnen gekeken wordt of gevraagd wordt om identificatie. Bij één van de checkpoints wordt de jongen naast mij, een soldaat in opleiding, aangesproken. De hele auto werd stil en toen we mochten gaan barstten de drie mannen in de taxi in lachen uit en was het aan de nonverbale communicatie van de soldaat duidelijk te merken dat hij niet blij was. Achteraf viel dat hele gedoe rondom de grensovergang dus reuze mee. Het grootste gevaar was nog de kaaiman langs het tankstation, niet zoveel dus.

***

Om 9:00 in de ochtend in Maracaibo wordt hard op mijn deur geklopt. Het is de hoteleigenaresse die zegt dat ik direct moet uitchecken. Het hotel was vies, de vrouw ontzettend naar, maar kostte dan ook maar 2 euro per nacht. Alles snel ingepakt. “Mag ik mijn rugzak hier achterlaten?” Nee, dat mocht niet van de eigenaresse. Dus liep ik met al mijn bagage door het oude, kleurrijke centrum van Maracaibo op zoek naar ontbijt en mooie architectuur. Beide vond ik. Een lekkere vette 1/4 gefrituurde kip en Pepsi. Om half 12 vond ik het weer genoeg geweest en nam ik de taxi naar het vliegveld waar mijn vlucht om 18:00 zou vertrekken. Netjes op tijd zat ik op dit vliegveld zonder informatie bij de gate. Niemand kon mij vertellen wat er aan de hand was, al was het inmiddels al 19:30. Uiteindelijk zat ik om 20.30 in mijn stoel,

***

De eerste nacht in de Orinoco-delta werd ik wakker gemaakt door de eerste zonnestralen van de dag. Ik sliep in een indianenhut aan het water. Dit gebied staat bekend om de vele rivieren door de groene massa heen, tropische vogels en de Warao-indianen. Iedere keer dat ik het water opging zag ik blauw-gele ara’s, groene papegaaien, aasgieren, kingfishers, kleine vogeltjes en indianen. Zo zat ik gewoon in het kamp waar ik sliep en zag dan kleine indiaantjes in hun kano peddelen. Of grote indianen met hun vangst in de boot. En dat kun je (nu nog) ervaren zonder andere toeristen. En natuurlijk horen daar ook supertoeristactiviteiten bij zoals piranha vissen, maar dat is dan ook best wel leuk om te doen.

***

Het was tijd voor de hoogste waterval ter wereld (bijna een kilometer hoog), Salto Angel. Deze waterval stroomt van één van de vele tepui (tafelbergen) in dit gebied. Ik vloog erheen vanaf Ciudad Bolivar met een klein Cessna vliegtuig en zat naast de piloot. Heel vet! Je vliegt vrij laag en hebt een geweldig uitzicht over de vele tafelbergen die vanuit een vlakte de grond uitschieten. Na een vlucht van anderhalf uur kom je aan in Canaima, een toeristendorpje met een aantal lodges. Ik zat in een, voor mijn doen, ongelooflijk mooie lodge aan het meer van Canaima. Dit meer heeft rood water en een grote lijn van watervallen, palmbomen en een wit strand. De dag na het chillen aan het meer vertrokken we voor een 7 uur durende tocht met de boot. Normaal duurt dit 3 uur, maar door het droogseizoen is het ondiep en zijn er veel stroomversnellingen waar je tegenop moet. Hierdoor zit je vaak vast om vervolgens het water in te springen en de boot met alle kracht naar voren te drukken. Het maakt een boottochtje toch best avontuurlijk. De omgeving waar je doorheen vaart bestaat uit rood water en de vele tafelbergen die vanaf hier wel heel erg hoog lijken. Na het slapen in hangmatten liepen wij in een uurtje naar de Salto Angel. De moeite was niet voor niets, want dat zag er wel heel erg mooi en hoog uit. En dan te bedenken dat de waterval in het regenseizoen nog een stuk indrukwekkender is.

***

Na een kort bezoek aan Ciudad Bolivar (een kleine stad met huizen in alle kleuren) en Santa Elena (helemaal niets) begon ik aan de trekking naar de tafelberg Roraima. Roraima is de hoogste van de tafelbergen en ligt aan de Venezolaanse savanne, Guyanese jungle en Braziliaanse jungle. De tocht duurt zes dagen (al deden wij hem in vijf) en begint in het indianendorp Paratepuy. Hier loop je eerst 22 kilometer door de savanne om aan te komen bij het steile pad naar de top van Roraima, wat met een grote backpack op je rug toch best zwaar is. Steil genoeg in ieder geval om met handen en voeten te moeten klimmen. De top ligt vol met kristallen, is bijna helemaal zwart, kent een grote diversiteit aan orchideeën en is de woonplaats van vele superkleine zwarte gifkikkertjes. Het tofste aan Roraima is dan toch wel het uitzicht dat je overal hebt, zeker in de ochtend wanneer de wolken om de tafelbergen heenslaan. Prachtig om te zien.

***

Met vermoeide benen van Roraima besloot ik dan maar via Boa Vista naar Manaus te gaan voor carnaval en de Amazone van Brazilië. Als het aan de Venezolaanse grens lag mocht ik, samen met een aantal Brazilianen, voor de douane slapen. Ze hadden het te druk om te stempelen (niet dat ze ook maar ergens mee bezig waren). Gelukkig na een tijdje te wachten alsnog de stempel gekregen. Na Suriname ga ik nog naar Los Llanos en Merida in Venezuela om weer naar Colombia te gaan.

IMG_0604

IMG_0602

IMG_0577

IMG_0605

IMG_0606

IMG_0601

IMG_0600

IMG_0610

IMG_0607

IMG_0615

IMG_0614

IMG_0578

IMG_0612

IMG_0608

IMG_0617

IMG_0609

IMG_0603

IMG_0616

IMG_0613

IMG_0611

IMG_0621

IMG_0618

IMG_0620

IMG_0619

IMG_0591-0

IMG_0587-0

IMG_0577-0

IMG_0593-0

IMG_0567-0

IMG_0595-0

IMG_0589-0

IMG_0585-0

IMG_0580-0

IMG_0579-0

IMG_0592-0

IMG_0599-0

IMG_0581-0

IMG_0583-0

IMG_0586-0

IMG_0584-0

IMG_0578-0

IMG_0582-0

IMG_0597-0

IMG_0590-0

IMG_0588-0

IMG_0594-0

IMG_0598

IMG_0596-0

6 gedachtes over “Venezuela

  1. Heel vet jeffie, ik word alsmaar jarloerser maar ik gun het je wel hoor. Ik ben toch ook wel weer blij als je veilig terug bent, dan hebben we beide zuid-Amerika overleeft. Voor nu dan, want ik ga waarschijnlijk in de zomer een maand naar Venezuela, dus bewaar die tips!
    Ik moest lachen om de foto dat je het bootje duwt, poor you, ook nog met een uitzicht van een vent met bouwvakker bilspeet. Heerlijk dit.
    Voor de rest zijn alle foto’s echt prachtig geweldig amazing moai! Tot snel! X

    Like

  2. Wauw jef…wat een mooie foto’s weer. Ik heb weer erg van je verhaal en foto’s genoten. Fijn om je net weer via skype gezien te hebben…was je toch weer even hier…ik hoop dat je nog heerlijk zal genieten van je laatste 5 weken…
    Ik kijk weer uit naar je volgende verhaal. Veel plezier op het carnaval!

    Like

  3. Er komt maar geen eind aan al die prachtige belevenissen. Dat je überhaupt nog terugkomt! Ik wist het wel: eerst een tijdje werken op Jamaica, Antigua, Barbados of Martinique, om vervolgens door te stoten naar Midden-Amerika. In dat geval zouden wij onze vakantie wel omgooien en je in bijvoorbeeld Panama of Mexico gaan bezoeken, want je zolang in levende lijve niet zien overleeft je moeder niet. Veel plezier eerst maar weer in Guyana en Suriname. Vergeet niet om in Paramaribo pom te eten!

    Like

  4. Ik zie dit verslag nu pas. Even gemist dus.
    Nog een paar dagen en dan is het voorbij.. Jammer he?! Maar ook wel weer leuk om ons te zien! 😛
    Tot volgende week!

    Like

Reageren!